Hart
Hart waar heb je pijn?
Waar ben je bang voor?
Waarom heb je je omgekeerd
en ben je gevlucht?
En nu dwaal je daar
eenzaam en angstig in de donkere nacht
te bang om terug te keren
te bang om verder te gaan
Eens was je vervuld met dromen
lente, zomer, bloemen, vogels
Je steeg tot grote hoogten
ging jezelf voorbij
In de extase vergat je te luisteren
wilde alleen maar vliegen
en viel des te harder.
Toen
winter in je hart
vorst vormde ijspegels
eerst sneeuwbloemen
vervolgens een ijsklomp
Niet meer luisteren, niet meer zien
niet meer horen, niet meer voelen
niet meer vliegen, niet meer vallen.
Dwalen op de tast
geen leidende sterren
geen schijnende maan
elke richting verdwenen
met de vervlogen dromen
geen links, geen rechts
geen pad vooruit.
Omsloten door onkruid
het zicht verloren
maar zie! een ontluikende bloem
woekerd zich door het kruid
Je mist alleen de kracht
om je ernaar toe te keren.
Vraag de bloem om hoop,
om kleur, om geur, om leven
Zing, kom op nu!
Maar ach je hebt geen stem meer
verstikt in tranen
hees geworden.
De tranen vormen een stroom
een beek, een rivier, een zee.
En langszaam ontdooit het ijs
krabbel je je overeind
en werp je een eerste blik
op de ravage achter je.
Wankel staan, een blik omhoog.
Een ster aan de donkere hemel.
Wolken verduisteren de maan.
Je ziet weer
voorzichtig met 1 oog open
stap je vooruit
voetje voor voetje.
Een pad opent zich voor je
ogen
vertakkingen naar links en rechts.
Nu maar even vooruit
en niet meer achteruit kijken
naar de scherven
naar de pijn.
Nu krachtiger
kordate stappen vooruit.
De zon komt op
en kleurt de hemel donkerrood.
Voel een twinkeling
Ik voel
Geplaatst door:
Magissa
|